|
De zelfstandige naamwoorden (substantiva) hebben in het Latijn voor elke naamval (casus) een eigen verbuiging (declinatie). De naamvallen (casi) zijn:
Er zijn 5 declinatie groepen en, net als in het Nederlands, 3 geslachten (masculinum, femininum, neutrum).
Het grammaticale geslacht komt in het Nederlands en het Latijn niet altijd overeen! |
  |